Hotseknots

Lees het nieuwste blog van Karin Bokhove.

Later gaan we lange wandelingen maken, dacht ik toen Kofi als klein ventje naast me waggelde, zijn knuistje om mijn vingers geklemd. Later kwam, zijn benen werden langer dan de mijne, maar in zijn hoofd bleef hij dat kleine ventje. En inderdaad werd wandelen de grond van ons bestaan, in weer en wind, hij steeds sneller, ik steeds krakkemikkiger. Hoe moet dat later, dacht ik weleens. Nu is ook dat later gekomen. Zij het slechts tijdelijk.

En zo meld ik mij pontificaal in een rolstoel, bij hem. 

"Wil je mama duwen?" piep ik zielig. En verdomd, zonder aarzeling grijpt hij de handvatten en duwt me met achteloos gemak naar buiten. 

"Even wachten op papa," probeer ik nog, maar het is te laat voor nuance. Duwen is duwen. Met een rotvaart rollen we richting poort. Daarachter ligt het bos met zijn modderige zandpaden. Ik hel mijn hoofd achterover en zie zijn bloedserieuze gezicht boven me. Een man die begrijpt wat hem te doen staat. Leuk lijkt hij het niet te vinden, maar de plicht roept.

Mijn gedienstige zoon. Hij is me ter wille. Ik ben trots op hem. Vriendinnen koesteren die gevoelens wanneer hun zoon met een masters diploma in handen staat, of zijn eerste huis aanschaft, ik eer het kleine. 

Kofi duwt op het knopje en daar zwaait het hek open. We hobbelen de wijde wereld in, over keien, door waterplassen en het mulle zand. Onverschrokken duwt hij me voort. Een man in de kracht van zijn leven. 

Zekerheidshalve gluur ik even achterom. In de verte zie ik een gestalte op een drafje achter ons aan komen. Gelukkig maar, want ik zou niet weten wat te doen wanneer Kofi het ineens voor gezien houdt en aan de horizon verdwijnt. 

Rakelings rollen we langs de rand van het pad. Aan weerskanten loopt het steil af richting sloot. Als dat maar goed gaat pieker ik terwijl we in volle vaart doordenderen. Ik zie de rolstoel al zijdelings crashen, wielen hulpeloos in het luchtledige ronddraaiend terwijl ik als een kroosrijke nimf uit het water oprijs. Maar ik bijt mijn tong eraf en oefen in gedachten de jiu-jitsu koprol die ik vroeger aardig beheerste maar nu toch al enkele decennia heb laten versloffen. Nergens voor nodig, want hij houdt me zonder mankeren op koers. Dit kind, zo diep verstandelijk gehandicapt dat je je afvraagt wat hij eigenlijk meekrijgt van de wereld, dirigeert me op de millimeter nauwkeurig langs de afgrond. Hij houdt alles in de gaten. Ik weet het en toch verbaast het me telkens weer. 

Dan hangt er een tak die uitwaaiert in een veelvoud van naaldjes waaraan druppeltjes hangen die je er machtig mooi vanaf kunt schudden. Kofi schiet erop af, scheurt met een ruk de tak van de stam en wuift ermee zodat ze aan alle kanten wegspetteren. Gelukkig kan ik een beetje strompelen. 

De rolstoel staat moederziel alleen op het pad.

"Kofi, kom je mee?" Hij werpt de tak met een zwieperd de bosjes in, rent terug naar het pad, ploft in de rolstoel, zet zijn handen aan de draaistangen en rolt ervandoor alsof dit dagelijkse kost is. Maar het is al 18 jaar geleden dat hij noodgedwongen een paar maanden in zo'n ding bivakkeerde en uitgroeide tot een rolstoelvirtuoos die soepel langs het meubilair laveerde en op de plaats pirouettes kon maken. Herinneren zijn handen zich die periode?

Ik strompel achter de rolstoel aan. 

"Kofiiiii! Mama heeft au, mag mama in de rolstoel?" probeer ik. Tevergeefs, want dat is een brug te ver. Het wil er nog wel bij hem in dat het ding voor zijn neus mee moet, maar de vraag waarom ik er eigenlijk in zit, komt niet bij hem op. Er is geen waarom, alleen een wat en hoe. Wat bij elkaar hoort en hoe de dingen horen te gaan. 

Met een diepe rimpel in zijn voorhoofd rolt hij voort. Nee, hij doet dit niet voor zijn lol. De rimpel groeft steeds dieper, zijn rug kromt voorover en wanneer we even stilstaan schudden zijn handen steeds feller heen en weer. De dingen gaan níet zoals het hoort.

Na enkele hotseknotsende kilometers worden zijn armen tenslotte moe. Denk ik tenminste, want hij maakt me met gebaren duidelijk dat het nu mijn beurt is voor corvee. Maar ik eis mijn plek weer op en hij kan me natuurlijk niet laten zitten. Plichtsgetrouw grijpt hij de handvatten, duwt me voort, door de poort om me met rolstoel en al weer op het terrein te deponeren.

Over de auteur

Karin Bokhove, moeder van Kofi, schrijft onder meer het weblog 'Het kleine leven van Kofi'. Deze aflevering verscheen daar eerder. Karin is lid geweest van de Centrale Cliënten Raad van Amerpoort.

Je kind vertoont van de ene op de andere dag bizar gedrag, jij bent geen supermom en je gelooft al helemaal niet in wonderlijke genezingen. Wat doe je? Karins boek is nu verkrijgbaar: maak 10 euro (plus 4 euro verzendkosten) over naar rekeningnummer NL91INGB0004199937 en mail je adres naar karin.bokhove@gmail.com of lees eerst meer: Kofi, het kleine leven van een autist Of bekijk de video: 25 jaar Kofi in 7 minuten

kofi duwt mama.jpg

Wij helpen je graag!

Heb je een zorgvraag of wil je meer weten over onze dienstverlening? De consulenten van het Klantbureau staan klaar voor (aanstaande) cliënten, familie of vertegenwoordigers en verwijzers. 

Klantbureau