Willens en wetens

Over vieze klusjes voor zorgverleners.

Moeder heeft op de instelling al heel wat gore situaties mogen meemaken. Eens smeerde een bewoner het complete meubilair vol poep terwijl de begeleiding in de keuken overdrachtsgesprekken voerde. Ze reageerden onderkoeld en keken elkaar grijnzend aan; "Wie o wie gaat dit doen?"

Een andere keer spoot één van de kinderen golven braaksel over de vloer. Een lucht als een oordeel verspreidde zich door het lokaal. Moeder verschool zich in een hoekje en onderdrukte haar kokhalzen terwijl de begeleiders de zaak zonder mankeren opruimden. Hoe doen ze dat toch? vroeg ze zich af. Zijn dit supermensen?

Laatst nog sprak ze een begeleider die smakelijk opdiste hoe Kofi z'n poep tot aan het plafond had laten spetteren. Het was onschuldig begonnen. Ergens in de nacht had hij zich van luier en pyjama ontdaan. Dat doet hij wel vaker. Meestal zit die luier dan vol plas, en dat moet weg. Maar ditmaal moest hij later die nacht ook nog poepen, en dat belandde rechtstreeks in z'n dekbed.

Wegproppen

Nou vindt Kofi poep heel erg vies. Inclusief die van hemzelf, wat toch bijzonder is. Als kind werd hij overstuur wanneer hij aandrang voelde. Begreep hij dat gerommel in z'n buik niet? Vond hij het vooruitzicht van de enge smurrie die zo dadelijk z'n lichaam zou verlaten vreselijk? Ze weet het niet. Feit is dat hij er zo snel mogelijk vanaf probeert te komen; wegproppen die handel, of (nog liever) over de schutting ermee.

Zo kwam het dat Kofi zich na het ontwaken van die smerigheid ging ontdoen. Hij marcheerde richting badkamer terwijl hij het dekbed achter zich aan sleepte. Een dikke bruine streep over het linoleum markeerde z'n gang. Vervolgens propte hij z'n dekbed in de wasbak, wat natuurlijk niet lukte, zodat de stof er aan alle kanten lusteloos overheen hing.

Hij draaide de kraan voluit open waarna een straal water tegen het dekbed klotste. Vanzelfsprekend kon de stof deze lading niet absorberen, zodat het vervolgens richting plafond kaatste waar het als een bruine fontein uiteen spatte om uiteindelijk via de muren troosteloos weer omlaag te druipen. De begeleider trof een Kofi die met de punten van zijn dekbed verwoed probeerde om zijn sporen uit te wissen, wat de catastrofe nog verder verergerde.

Beroepshalve

"Goh, ik wis zonder mankeren de gruwelijkste sporen uit. Maar dat is anders. Ik ben moeder. Jij poetst beroepshalve. Hoe doe je dat toch?"

"Nou, in die badkamer had ik het wel even moeilijk," bekende de begeleider, "maar ik ging er niet van over m'n nek. En eigenlijk begrijp ik pas sinds kort waarom het niet erg is."

Laatst genoot hij op een zonnige zondagmorgen in zijn huis in hartje Amsterdam van zijn ontbijtje, toen een huisgenoot zijn hoofd om de voordeur stak en zei:

"Hé, jij werkt toch in de zorg?"

"Ja?" Hij staakte het leeglepelen van zijn versgekookte eitje en keek verstoord op.

De huisgenoot maakte een vaag handgebaar, "Dan kan jij dit wel even opruimen."

DIT was een drol die in het holst van de nacht op hun stoep was gedeponeerd.

Hij keek naar buiten en jawel hoor, daar lag een vers-gedraaide bolus met in het midden een papieren zakdoekje dat nu z'n tong naar hem uitstak. Terwijl hij de poep van deze volstrekt onbekende, maar hem zeer tegenstaande nachtbraker monsterde, keerde z'n maag zich om.

Z'n walging was niet kleiner dan die van ieder ander. Helemaal niet. Dit was een volstrekt onbekende die willens en wetens zijn stoep had bevuild. Maar zijn pupillen hebben die keuze niet. Ze kunnen niet anders. Ze hebben hem hard nodig.

Over de auteur

Karin Bokhove, moeder van Kofi, schrijft onder meer het weblog 'Het kleine leven van Kofi'. Deze aflevering verscheen daar in 2015. Karin is lid van de Centrale Cliënten Raad van Amerpoort.

Wij helpen je graag!

Heb je een zorgvraag of wil je meer weten over onze dienstverlening? De consulenten van het Klantbureau staan klaar voor (aanstaande) cliënten, familie of vertegenwoordigers en verwijzers. 

Klantbureau